ANALYSE – Een werknemer bezoekt Haïti voor zijn werk. Tijdens dit bezoek wordt hij gebeten door een puppy die nog niet is ingeënt tegen rabiës, oftewel hondsdolheid. Bij terugkomst in Nederland overlijdt de werknemer.

De weduwe van deze werknemer stelt zijn werkgever aansprakelijk. Kan dat? Arbeidsrecht advocaat Lennard Noordzij legt uit.

De werknemer trad op 1 januari 2013 in dienst bij de werkgever, die zich inzette voor toegang tot medicijnen en gezondheidsproducten in ontwikkelingslanden. De werknemer bezocht Haïti tussen 28 april en 3 mei 2013.

Voor Haïti geldt dat inenting tegen rabiës wordt aangeraden bij een verblijfsduur van langer dan drie maanden, of vanwege specifieke persoonlijke omstandigheden. De werknemer was niet ingeënt tegen rabiës.

Tijdens zijn verblijf werkte en verbleef de werknemer op een compound. Daar werd hij gebeten door een pup die vanwege zijn jonge leeftijd nog niet was ingeënt tegen rabiës. De werknemer liet zich op dat moment niet behandelen.

Weduwe stelt werkgever aansprakelijk

Na terugkeer naar Nederland vertoonde de werknemer verschijnselen van rabiës, waaraan de werknemer uiteindelijk overleed. De weduwe van de werknemer stelde de werkgever vervolgens aansprakelijk.

De rechter stelde onlangs vast dat het ongeval niet is gebeurd tijdens de uitoefening van de werkzaamheden, omdat de werknemer op het moment van de beet niet aan het werk was, maar op de compound rondwandelde in afwachting van zijn terugvlucht.

Aangezien de werkgever de werknemer had opgedragen om zijn werkzaamheden op de compound te verrichten en daar ook te blijven, rustte op de werkgever wel de verplichting om zorg te dragen voor een veilige omgeving.

Deze verplichting is de werkgever niet voldoende nagekomen. Volgens de rechter is vast komen te staan dat er een niet tegen rabiës ingeënte pup op de compound rondliep en dat de werknemer daar niet voor gewaarschuwd is.

Inenting tegen rabiës was niet verplicht. De werknemer is daardoor blootgesteld aan een onaanvaardbaar groot besmettingsgevaar. De kantonrechter oordeelde daarom dat de werkgever aansprakelijk is voor het overlijden van de werknemer.

Gedeelde schuld

Maar de rechter vond ook dat de werknemer eigen schuld trof, omdat hij zich niet (tijdig) tegen hondsdolheid heeft laten behandelen. Uit de overgelegde medische stukken bleek dat, als binnen 48 uur de juiste behandeling was ingezet, er vrijwel zeker geen rabiës was ontstaan en de werknemer de hondenbeet had overleefd. Ook in de dagen daarna had behandeling zinvol kunnen zijn.

De uiteenlopende ernst van de door de werkgever en werknemer gemaakte fouten, noopt volgens de rechter tot een verdeling van de schade: 35 procent voor de werkgever en 65 procent voor de werknemer.

Het is volgens de rechtbank namelijk moeilijk voorstelbaar dat de werknemer besefte wat de gevolgen zouden zijn van zijn keuze om niet naar de dokter te gaan. Bovendien had niemand hem hierop gewezen en genas de wond op zich voorspoedig, zodat die geen aanleiding gaf om medische hulp in te schakelen.

Voor werkgevers die hun werknemers naar landen sturen waar rabiës voorkomt, lijkt het naast de morele verplichting sowieso verstandig werknemers te laten inenten. Ook als dit volgens de GGD niet standaard hoeft.

Lennard Noordzij werkt voor AMS Advocaten en is gespecialiseerd in het arbeidsrecht, maar adviseert, onderhandelt en procedeert ook op het gebied van incasso en contracten- en verbintenissenrecht